Wat betekent het begrip ‘metamorfose’ voor Carmen Willems, algemeen directeur van het KMSKA?
DOOR ERIC RINCKHOUT

Carmen Willems: ‘De grootste metamorfose is het gebouw, daar kunnen we niet omheen. De architect, Dikkie Scipio van KAAN architecten, is op een heel slimme manier aan de slag gegaan met de bestaande structuur van het 19de-eeuwse gebouw. Dat was tot op de draad versleten. Zij heeft de keuze gemaakt om het historische gebouw in zijn oude glorie te herstellen. Door een heleboel aanbouwsels weg te nemen heeft ze het oorspronkelijke parcours en de mooie zichtlijnen hersteld. De nieuwe structuur heeft ze in de patio’s geschoven: vier poten en een tafelblad, zoals zij dat zelf noemt. Zo creëerde ze twee werelden in één gebouw: het oude museum is symmetrisch, horizontaal en een enfilade van zalen, terwijl de nieuwbouw wil verrassen en vooral inspeelt op het verticale. Dikkie Scipio vindt dat het nieuwe volume moet dialogeren met het oude gebouw, maar er niet mee in competitie mag gaan. De twee moeten even sterk zijn. Daar is ze ongelooflijk goed in geslaagd. We hebben voor deze geslaagde integratie terecht al een Europese prijs in de wacht gesleept, de European Award for Architectural Heritage Intervention.’ 

Geen museum zonder collectie…

‘De tweede grote metamorfose blijft voorlopig onzichtbaar voor het grote publiek. Achter de schermen heeft het hele museumteam de voorbije jaren hard gewerkt aan de nieuwe collectiepresentatie met meer dan zeshonderd werken en objecten. Het gebouw heeft ons daarbij in een bepaalde richting geduwd. We hebben ervoor gekozen onze collectie op te delen in kunst vóór en na 1880, met James Ensor als scharnierpunt. We brengen de oude meesters in het historisch deel en de modernen in de nieuwbouw. Dat is helder en makkelijk leesbaar. De tijdelijke tentoonstellingen zullen in de buitenste schil van het historische gebouw komen, dat gaat om zowat 1400 vierkante meter. In totaal hebben we veertig procent meer tentoonstellingsoppervlakte, een substantiële verhoging.’

Voor de feestelijke opening zetten jullie in op het museum zelf en de nieuwe presentatie van de vaste collectie. Een generatie kunstliefhebbers heeft het museum niet gekend, natuurlijk.

‘Dat klopt, maar we hebben tijdens de sluiting onze collectie wel getoond in binnen- en buitenland door bruiklenen en met eigen tentoonstellingen. Het verraste mij dat we de voorbije tien jaar maar liefst zes miljoen bezoekers hebben bereikt door onze werken de wereld in te sturen. Dat zijn zeshonderdduizend mensen per jaar. Het zou mooi zijn als we zulke bezoekersaantallen met het nieuwe museum zouden halen (knipoog).’

‘Het KMSKA  is onder andere hierdoor tijdens de sluiting heel zichtbaar gebleven. Die aanpak heeft ons internationaal netwerk versterkt en er ook mee voor gezorgd dat de collectie in topconditie is. We hebben zelf veel gerestaureerd en geconserveerd, dankzij de Vlaamse overheid en privémiddelen, maar ook de buitenlandse musea die onze bruiklenen ontvingen, hebben ons geholpen om belangrijke restauraties uit te voeren.’ 

De heropening van het museum gaat een impact hebben op jullie relatie met de buurt. Ook daar zal een metamorfose plaatsvinden.

‘Neem alleen al de tuin, die er weinig aantrekkelijk bij lag. Door de Vlaamse Overheid was een masterplan voor het KMSKA opgesteld, maar dat werd om budgettaire redenen gefaseerd uitgevoerd. De gevelrestauratie en de tuin zijn pas vrij laat toegevoegd. Onder minister van Cultuur Gatz is beslist om de tuin een volwaardige, nieuwe invulling te geven, geïnspireerd op het historische ontwerp. De tuin wordt onze eerste museumkamer, waar we een aantal van onze eigen sculpturen presenteren. Hij zal altijd toegankelijk zijn. Er zijn inderdaad bomen moeten sneuvelen, maar grondig onderzoek wees uit dat zij ofwel rot waren ofwel niet lang meer te leven hadden. Er wordt een veelvoud aan nieuwe bomen aangeplant, waaronder een aantal forse exemplaren.’

"Het verraste mij dat we de voorbije tien jaar maar liefst zes miljoen bezoekers hebben bereikt door onze werken de wereld in te sturen. "
Carmen Willems

Ook de Artists in Residence zijn nieuw voor het museum.

‘In de aanloop naar de heropening hebben we iets meer dan twintig Artists in Residence aan ons verbonden. Dat heeft al resultaat opgeleverd: saxofonist Robin Verheyen heeft een concert gegeven met het Goeyvaerts String Trio, Oltremontano heeft rond Memling gewerkt en Het Zesde Metaal heeft een ep uitgebracht. De meeste air's zijn nog achter de schermen aan het werken. Zij zullen tijdens de openingsweek en het openingsfestival, dat loopt tot eind 2022, op gezette tijden ingeschakeld worden. Zo voegen we beleving toe aan het museum: ik denk niet dat je nog zonder kan. Met zo’n divers programma willen we nieuwe doelgroepen bereiken en aan ons binden. De air's zullen ook voor extra energie zorgen. We werken uiteraard ook samen met tal van culturele spelers in en rond Antwerpen, zoals met Opera Ballet Vlaanderen, Antwerp Symphony Orchestra en de Antwerpse musea om het draagvlak van het museum in Antwerpen, Vlaanderen en de wereld te vergroten.’

‘Het museum moet meer zijn dan een toonplek voor kunsten, ondermeer via crossovers met kunstenaars. Tegelijk blijft onze focus het tonen, bewaren en onderzoeken van kunst.’

In het nieuwe museumgedeelte zijn er o.a. drie intieme tentoonstellingszalen voor werk op papier, kleinsculptuur en schetsen.
De mooie trappenhal aan de oostkant van het gebouw zal toegankelijk zijn voor het publiek.

Gaan jullie ook op zoek naar financiële partners om het draagvlak te vergroten?

‘We kunnen niet zonder financiële partners en we wíllen ook niet zonder hen kunnen. Soms hoor je in de museumsector zeggen dat het om een noodzakelijk kwaad gaat, maar daar ben ik het niet mee eens. Wij zijn het aan de samenleving verplicht om ons op te stellen als culturele ondernemers.’ 

‘De Vlaamse overheid heeft circa honderd miljoen euro in het gebouw geïnvesteerd. Het KMSKA is inmiddels een zogeheten extern verzelfstandigd agentschap: wij zijn een vzw, aangestuurd door een raad van bestuur die het algemeen beleid uitzet. In onze raad van bestuur zitten nogal wat mensen die door een economische bril naar het museum kijken. En er is uiteraard overleg met het kabinet van Cultuur, in ons geval is dat minister-president Jambon, die ook minister van Cultuur is.’

‘De overheid heeft dus zwaar geïnvesteerd in de infrastructuur en ook in de uitbouw van onze wetenschappelijke werking, maar de publiekswerking moeten we realiseren met eigen inkomsten Dat is een bijzonder zware uitdaging. Alleen met inkomsten uit ticketverkoop redt een museum van onze grootte het niet. Prognoses qua aantallen bezoekers zijn bovendien niet makkelijk: onze doelstelling is tussen 220.000 en 270.000 bezoekers op jaarbasis, terwijl we in de openingsmaanden op 150.000 bezoekers per maand rekenen. Maar het blijft koffiedik kijken, zeker nu corona blijft aanslepen.’

‘We zoeken projectsponsors en mecenassen maar zetten vooral in op duurzame partnerships op lange termijn. Ik merk een zeer groot enthousiasme voor het KMSKA. Ondernemers zijn zeer gevoelig voor onze ambitie om het KMSKA internationaal te positioneren en men beseft dat we daarvoor hulp nodig hebben. We hebben intussen al veel structurele partnerships kunnen afsluiten. Onze hoofdsponsor is Bank Delen en uit diezelfde groep is er ook Ackermans & van Haaren, die al jaren lid zijn van de bedrijvenclub van het museum. Die groep kent momenteel gelukkig een sterke groei. Het zijn bedrijven uit verschillende sectoren (zie lijst op p. 55). En dat werkt echt versterkend want die bedrijven nemen ons ook mee in hun communicatie: zo kunnen we op vele onverwachte plekken aanwezig zijn.’ ‘Daarnaast omgeven we ons met artbassadors, zoals Hans Bourlon, ceo van Studio 100, Philip Heylen, ex-schepen van Cultuur in Antwerpen, en Jacques Vandermeiren, ceo van de Antwerpse haven. En niet te vergeten onze actieve en enthousiaste bestuursleden van onze eigen Raad van Bestuur. Zij spreken hun eigen netwerk aan.’

Is er de voorbije jaren ook een metamorfose geweest in uw eigen leven?

‘In 2017 ben ik in het KMSKA begonnen als zakelijk directeur. Het was een bewuste keuze om tweede viool te spelen, nadat ik jaren aan de leiding had gestaan van het Gallo-Romeins Museum en ook een tijdlang burgemeester van Tongeren was geweest. We hebben daarna afscheid moeten nemen van de toenmalige algemeen directeur van het KMSKA, Manfred Sellink, en de Raad van Bestuur heeft mij na enige tijd gevraagd om algemeen directeur te worden. Ik heb daar toch even moeten over nadenken. Ik heb wel veel energie, maar dit is een groot museum met een complex verhaal in een complex land. Maar ik sta er gelukkig niet alleen voor. We hebben een sterk en geëngageerd managementteam en enthousiast en professioneel museumteam.’

Waar kijkt u zelf het meeste naar uit?

‘De verwondering op het gezicht van de bezoekers. Daar kan ik ongelooflijk van genieten. Ik ga me tussen de bezoekers begeven en kijken hoe ze reageren. Ik hoop overigens dat onze bezoekerssamenstelling zeer divers zal zijn. En als de evaluatie van wat ze zien en voelen dan ook nog eens positief is, pas dan zal ik opnieuw goed slapen.’

 

Dit artikel verscheen eerder in ZAAL Z