schilderij

De oestereetster

Over dit werk

Object details

  • TitelDe oestereetster
  • Datum1882
  • Mediumolieverf op doek
  • Afmeting205 × 150,5 cm
  • Inventaris nummer2073
  • Inscriptiesrechts onder: J. ENSOR/ 1882

Meer over dit werk

Om een vooraanstaande plaats in de Belgische avant-garde te veroveren ging Ensor min of meer strategisch te werk. Hij werd lid van La Chysalide en debuteerde daar in mei 1881 met drie opvallende werken: twee interieurs en een stilleven. Meteen werd hij opgemerkt door L’Art moderne, die hem verwelkomde als een te duchten talent. Een derde interieur, Chez Miss of Russische muziek (1881, KMSKB) werd getoond in de grote Driejaarlijkse tentoonstelling in Brussel. Ensor kon Chez Miss ook op het Salon in Parijs tonen dat van mei tot september 1882 liep. Wellicht werkte hij in de loop van de winter en de lente van dat jaar aan een groter opgezette compositie, die hij op het salon van Antwerpen in augustus wilde tonen. Het schilderij wordt in de catalogus van die tentoonstelling vermeld maar geen enkele bron bevestigt de aanwezigheid van dit schilderij in Antwerpen. Emile Verhaeren schreef later dat het werk werd geweigerd. En Ensor voegde daar aan toe dat zijn collega Léon Herbo vervolgens ook weigerde om het schilderij in 1883 bij L’Essor te tonen. De oestereetster werd uiteindelijk in 1886 bij Les XX getoond en zou dan, in tegenstelling tot vele andere werken uit zijn aanvangstijd, voor bijna 15 jaar uit het oog verdwijnen. Pas in 1897 contacteerde Octave Maus Ensor om een reproductie van De Oestereetster te bekomen, die hij graag wilde gebruiken als illustratie bij een artikel over België in het Franse Revue encyclopédique. Maar Ensor kon hem die foto niet bezorgen want De Oestereetster lag opgerold in het atelier. Een paar jaar later, in 1901, was het doek opnieuw op een spieraam bevestigd, ingelijst en werd tentoongesteld op het Salon des indépendents in Parijs. Begin 1907 schreef Ensor aan zijn Luikse collega Armand Rassenfosse dat hij De oestereetster naar Luik zou zenden om ze aan de museumcommissie te tonen, zodra de kopie was afgewerkt. Een kopie op kleiner formaat die hij overigens antidateerde. Op 16 april meldde hij trots aan Emma Lambotte dat De Oestereetster in het Museum van Luik was en "een grote impact maakt". Om het stadsbestuur van Luik over de streep te trekken stelde Ensor voor dat hij een van de twee schilderijen die het Luiks museum van hem reeds bezat, een groot Stilleven met groenten van 1882, gedeeltelijk in ruil zou aanvaarden voor de aankoop van De oestereetster. Pas een jaar later besliste de gemeenteraad van Luik om met 17 stemmen tegen 12 voor en 7 onthoudingen De oestereetster niet aan te kopen. In de pers werd de beslissing van de Luikse overheid meteen aan de kaak gesteld. En Octave Maus aarzelde niet om De oestereetster als revolutionaire artistieke mijlpaal, een toekomst te voorspellen zoals de beroemde Olympia (1864) van Edouard Manet. Daarom was het, volgens Maus, al bij al zelfs een goede zaak dat Luik het schilderij geweigerd had, het verdiende immers een plaats in het nationaal museum van België in Brussel. Inmiddels was het schilderij evenwel verkocht aan het Luiks-Antwerpse echtpaar Emma en Albin Lambotte-Protin. Zij hadden De oestereetster graag in het Louvre zien hangen. Maar in 1927 contacteerde Albin Lambotte, wellicht uit geldnood, het museum in Antwerpen met het aanbod om de 18 schilderijen die hij van Ensor bezat voor 1.000.000 Bfr te kopen. Het museum kocht zes schilderijen, waaronder De oestereetster en Adam en Eva (1887) voor 400.000 Bfr. Omdat het museum niet over dit bedrag beschikte vroeg de hoofdconservator Arthur Cornette een extra toelage van de Staat van 100.000 Bfr. De minister van Kunst en Wetenschap raadde Cornette aan om niet op een goedkeuring te wachten, en de Belgische staat voor een "voltrokken feit te stellen". François Franck zorgde voor de prefinanciering.

Verwervingsgeschiedenis

Verzameling Albin Lambotte in 1910; gekocht van Albin Lambotte, 1927.

Referenties

Copyright en legaal

Deze afbeelding mag gratis gedownload worden. Voor professioneel gebruik of meer informatie kun je het contactformulier invullen. Lees hier meer.

Download

TIF

Rubens

Blijf verbonden!

Ontvang altijd de laatste nieuwtjes

Leopold de Waelplaats 1, 2000 Antwerpen

Samen doen we meer

vlaanderen
delen
vervloet
vivium
pab
bmw
dca

© 2021 Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen