Het Corpus Rubenianum

Een catalogue raisonné of oeuvrecatalogus bundelt alle werken van een beeldend kunstenaar, of een specifiek deel van zijn oeuvre. Dit standaardwerk biedt onderzoekers een cruciaal referentiepunt bij het dateren en authentiseren van kunstwerken.
Corpus Rubenianum Ludwig Burchard
Het oeuvre van Peter Paul Rubens is echter te omvangrijk en complex voor één enkele oeuvrecatalogus die door één onderzoeker in enkele jaren wordt samengesteld. Zijn werk omvat ongeveer 2.500 composities en 10.000 kunstwerken, van schilderijen tot wandtapijtontwerpen en feestdecoraties. Het Centrum Rubenianum coördineert de publicatie van het Corpus Rubenianum Ludwig Burchard , een reeks van meer dan 40 boeken die een volledig overzicht van Rubens’ oeuvre biedt. Dit monumentale project, een van de meest ambitieuze in de kunstgeschiedenis, weerspiegelt zowel de schaal als de complexiteit van Rubens’ werk. De reeks is gebaseerd op het onderzoeksmateriaal van Ludwig Burchard, algemeen erkend als dé autoriteit op dit gebied, en wordt uitgegeven door Brepols . Elk deel wordt geschreven door een vooraanstaand specialist binnen de onderzoekstraditie van Burchard.
KMSKA-onderzoekers schrijven mee
In het kader van het Rubens Research Project publiceerden verschillende KMSKA-onderzoekers een boekdeel binnen de reeks over een specifiek aspect van Rubens’ werk:
• Christine Van Mulders onderzocht de samenwerking tussen Rubens en Jan Brueghel I en II (XXVII (1). Works in Collaboration: Jan Brueghel I & II, 2016).
• Koen Bulckens richtte zich op Rubens’ verbeelding van het leven van Christus (V (2). The Life of Christ before the Passion: the Ministry of Christ, 2017).
• Valérie Herremans bestudeerde Rubens’ architecturale (altaar)sculpturen (XXII (4). Architecture and Sculpture: Architectural Sculpture, 2019).
• Nico Van Hout analyseerde Rubens’ gebruik van studiehoofden en tronies in zijn atelierpraktijk en maakte er zelfs twee volumes over (XX (2). Study Heads, 2020).
Van Houts onderzoek vormde de basis voor de tentoonstelling Krasse koppen in 2023. Samen met Koen Bulckens plaatste hij Rubens’ studiehoofden in een bredere context. De expo toonde hoe de fascinatie voor het menselijk gelaat al in de 16de eeuw leidde tot zelfstandige afbeeldingen van anonieme figuren, zoals bij Pieter Bruegel I. Via thema’s als dramatische lichteffecten en kostumering bracht Krasse koppen een lijn van tronies in beeld die langs Johannes Vermeer, Michaelina Wautier en Michael Sweerts liep tot kunstenaars in de 18de eeuw.